ArchLand03283.pngEen GIS-baken invoegen

Methode

Gereedschap

Gereedschappenset

Eén baken

D.m.v. controlepunten

GIS baken

GIS

Het gereedschap GIS baken is een aangepaste versie van het gereedschap Baken uit de set Landschap, met een functieverschuiving van terreinmodellen naar GIS. Dankzij enkele wijzigingen kan het gereedschap worden gebruikt binnen een GIS-workflow voor rapportering en validatiedoeleinden.

Als het document nog geen georeferentie bevat, zal het dialoogvenster ‘Georeferentie document’ worden geopend. Selecteer hierin het gewenste coördinatensysteem. Zie Georeferenties aan een document toevoegen. Een GIS-baken op een laag zonder georeferentie zal het coördinatensysteem van het document gebruiken. Als u later op de laag georeferentie toepast door middel van een ander coördinatensysteem dan dat van het document, zal het baken het nieuwe coördinatensysteem van die laag gebruiken.

Om één of meer GIS-bakens in te voegen:

Voordat u het gereedschap GIS-baken gebruikt, dient u met het gereedschap Geolokalisatie de tekening te geolokaliseren en de juiste locatie en service in te instellen voor de kaart- of satellietweergave (zie De tekening geolokaliseren).

Activeer het gereedschap en de methode. Gebruik de methode Eén baken voor het plaatsen van één baken, of Serie bakens voor het plaatsen van meerdere bakens door middel van een polygoon (op elk controlepunt wordt een baken gecreëerd).

Selecteer een weergavemethode voor de achtergrondafbeelding: Geen achtergrond, Kaart of Satelliet.

Volg een van onderstaande werkwijzen:

Methode Eén baken: Klik eenmaal om het baken in de tekening te plaatsen.

Methode Serie bakens: Klik achtereenvolgens om een polygoon te tekenen; op elk controlepunt wordt een baken ingevoegd. Dubbelklik om de polygoon te beëindigen en geen bakens meer te creëren.

Georeference03284.png 

Zie Bakens invoegen voor meer informatie over bakens.

Als u de exacte coördinaten voor het baken kent, klikt u op de knop Geolocatie instellen in het Infopalet van een geselecteerd GIS-baken.

Het dialoogvenster ‘Geografische locatie instellen’ wordt geopend. Geef hier de gewenste coördinaten op.

Omdat de primaire functie van het gereedschap GIS-baken erin bestaat locatiegegevens te leveren, heeft het gereedschap enkele vooringestelde parameters.

Het baken wordt standaard ingevoegd als: Onafhankelijk gegeven.

De parameter Weergave tekst heeft als standaardwaarde ‘Coördinaten (NE)’ overeenkomstig de norm om punten aan te duiden door middel van hun breedte- en lengtegraad. Zowel bij Coördinaten (NE) als Coördinaten (EN) worden waarden uit het coördinatensysteem getoond. Breedtegraad/Lengtegraad en Lengtegraad/Breedtegraad zijn ook beschikbaar.

Weergave tekst door middel van Coördinaten (XY) toont de afstand van het baken vanaf het interne nulpunt.

De parameter Eenheden staat standaard op ‘Decimale graden’. Indien Weergave tekst ingesteld is op ‘Coördinaten (XY)’ verandert u de waarde best naar ‘Eenheden document’, Feet of Meter.

Georeferenties aan een document toevoegen

Georeferenties toekennen aan een ontwerplaag

Bakens invoegen